De lente komt hier vrij vroeg. Blijkbaar. Want dat is het nu dus in Korea: lente. Ik sta op met de blauwste lucht uitgestrekt over de Han, en dat is genoeg; de rest van de dag loop ik te glimlachen. ‘Mijn god, ik hou van dit landje,’ denk ik dan de drie minuten wandelend van het appartement naar de hagwon.
Nog zes weken en ik zet m’n eerste stappen terug naar huis. Ik begin er enorm naar uit te kijken. In mijn hoofd ontrolt zich een waslijst van dingen die ik wil doen als ik terug ben.
Het is mooi geweest. De gekte op zijn Belgisch maar dan in Korea. Ik kwam naar het schijnt thuis met ingevallen wangen. Echt gezond was het dus niet, dat bohemenleven met twee van mn ‘favorite allies’. Vraag mij niet wat we gedaan hebben. En ook liever geen: “heb je foto’s getrokken Jantje?”